Geschiedenis van Hengelo
Geschiedenis van Hengelo
door Gerrit ter Welle
Hengelo toen en nu
HENGELO - In het februarinummer het eerste deel uit een serie van drie door Gerda Nater geschreven artikelen over feminisme en vrouwenhulpverlening in Nederland en in Hengelo. Het begon veertig jaar geleden toen in Hengelo het Centrum voor Vrouwenhulpverlening De Beuk van start ging. Helaas moest men twintig jaar later de deur al weer sluiten. Dat was geen reden voor een feestje, maar juist een reden te meer om aandacht aan deze organisatie te besteden. De aanpak van deskundige vrouwen die zich vrijwillig hadden ingezet voor vrouwen in nood, trok cliënten uit heel Overijssel en de Achterhoek en kreeg landelijke bekendheid. In het eerste deel beschrijft Gerda Nater de verschillende facetten van De Beuk onder meer over de vele initiatieven in de jaren tachtig en de belangrijke rol voor Hengelo. op een manier zoals zij dat kan; met openheid en gedetailleerdheid
‘De Noork in de jaren vijftig’ is een artikel van Isis Zengerink, dat begint met de postkoets die in de 19e eeuw met ratelende wielen over de heirweg richting Oldenzaal rolde. Onderweg waren er rustplaatsen voor paarden en passagiers, zo ook in het centrum van Hengelo. Nu slingert de Oude Postweg zich door de Noork, vernoemd naar de postkoetsroute, waarvan de eerste huizen uit 1900 dateren. In het artikel, aangevuld met historische foto’s, weet Zengerink de aandacht voor dit onderwerp moeiteloos vast te houden.
Het antwoord op de vraag ‘Wie was August Vörding’ geeft Marinus van Rooij in zijn artikel over de Hengelose kerkmusicus, naar wie zelfs een straat in Hengelo is vernoemd. De muzikale activiteiten van Vörding worden beheerst door oude meesters als Giovanni Pierluigi da Palestrina, Cristóbal de Morales, Jacob Obrecht en Anton Bruckner. Bekend werd Vörding als dirigent voor de koren van de Sint Lambertusbasiliek. Als zestienjarige leerling van de Kirchen-Musikalische-Hochschule in Münster bespeelde de in 1901 in het Duitse Eggerode geboren Vörding orgels in drie Münsterse kerken. In 1923 solliciteerde hij naar de functie van dirigent voor het mannenkoor en knapenkoor van de Lambertusbasiliek. Hij werd aangenomen ook al omdat hij leiding aan beide koren kon geven. Door het artikel van Marinus van Rooij te lezen, maakt u uitgebreid kennis met de kerkmusicus August Vörding.
In de rubriek ‘bedrijvigheid in de twintigste eeuw aan de Kerkstraat’ deze keer het eerste deel over de Erkende Pontschool Van Hoogmoed-Rouwen. Het artikel is geschreven door Wil Zwienenberg over de vrouw die vijftig jaar onderwijs gaf in stenografie en machineschrijven. Door het artikel te lezen blijkt dat Zwienenberg een goed oog heeft voor de geschiedenis van de pontschool. Evenals de overige artikelen in het magazine is ook dit artikel aangevuld met prachtige historische foto’s.
Verder in het februarinummer ‘De straat waarin wij wonen’, ‘Lezers reageren’, ‘Wie, wat, waar, wanneer?’ en een artikel over Hans Becude die zich vanaf 1988 ontfermt over de nalatenschap van zijn ouders Koos en Mies Becude-Mulder.
Het magazine verschijnt zesmaal per jaar en is te koop aan de balie van Museum Hengelo aan de Beekstraat 51 en bij The Read Shop aan de Markt 2. Prijs € 4,50.