Afbeelding
Foto:

Heel Hengelo zoemt

Door Marjolein van Loenen
HENGELO – De één vindt het waardeloos, rommelig, chaotisch: ongemaaide bermen vol grassen, onkruid en hier en daar een bloem. Maar als we de zorgelijke achteruitgang van insecten, reptielen en vogels tegen willen gaan, is deze aanpak noodzakelijk. Afgelopen 30 jaar is tenslotte meer dan 75 procent van de insectenstand verdwenen en zonder bijen komt onze voedselvoorziening in gevaar.

Honderd jaar geleden stond Nederland nog vol wilde bloemen. Ze kleurden ons landschap en vormden een thuis voor insecten en vogels. In elke willekeurige wegberm kon je een veldboeket plukken en op akkers en weilanden, langs paden en wegen was volop plek om te groeien en te bloeien. Volgens Natuurmonumenten is van de ruimte die wilde planten in 1900 hadden, nog maar zes procent over.

Ecologisch bermbeheer
Als bermen op de traditionele manier beheerd worden, wordt er wel 26 keer per jaar gemaaid en blijft het maaisel in de berm liggen (klepelen). Dit voorjaar heeft gemeente Hengelo als één van de eerste gemeentes helemaal ingezet op ecologisch bermbeheer. Daarbij wordt een deel (minimaal 15%) niet gemaaid, de rest maar twee keer per jaar en zo ontstaat een plek voor voedsel, beschutting en overwintering voor bijen, vlinders en kleine zoogdieren. Het maaisel moet vervolgens een paar dagen blijven liggen zodat zaad op de grond kan vallen en ontkiemen. Tenslotte wordt het overgebleven maaisel afgevoerd. Op deze manier verschraalt de bodem en dat bevordert weer de groei van veel inheemse planten. De raad stelt zo'n 41 duizend euro beschikbaar voor de pilot maai-zaaibeleid en er zal jaarlijks geëvalueerd worden.

Goede balans
Al in 2002 kwam Rijkswaterstaat met een positieve evaluatie van ecologisch bermbeheer. Het is ook niet iets nieuws onder de zon. Maar wat we nu in en rond Hengelo zien gebeuren is een toepassing van waardevolle lessen uit landelijke ervaringen. "Door het juiste bermbeheer ontstaan aantrekkelijke, kruidenrijke en levendige bermen voor mens, plant en dier”, aldus Roel May van Bureau de Groene Ruimte. "Alle gemeenten zijn zoekende om dit efficiënt uit te voeren en een goede balans te vinden, zonder dat de aannemer voor iedere berm apart op pad hoeft te gaan wanneer de tijd ‘rijp' is voor die specifieke situatie (wat weer ongunstig is voor onder andere de CO2 uitstoot)”, aldus de gemeente.

De vijf bermen waarin de pilot 'zaaien' is uitgevoerd zijn de F35 Kuipersdijk, de Hasselerbaan, de Deurningerstraat, de PC Hooftlaan en de Beneluxlaan. In totaal gaat het om 5 hectare.