Hardlopen

Voor mij is het bijna 30 jaar en een dito aantal kilo's geleden. Na een weinig glansrijke loopbaan als voetballer besloot ik het over een andere boeg te gooien. Nederland was hardloopgek geworden en ook ik werd besmet met het virus. Nota bene door een collega, die elke dag een rondje rende.

Dan kan ik natuurlijk ook, vond ik. Ik kocht een paar hardloopschoenen. Echte Nike's, want een beetje zichzelf respecterende loper droeg dit merk. En ik begon. Eerst heel voorzichtig, want na een kilometer was ik al buiten adem. En ik dacht nog wel zo'n goede conditie te hebben. Niet dus. Per week bouwde ik het op. Het rondje van een kwartier, werd een rondje van 25 minuten en na twee maanden zat ik op een uurtje rennen, minstens vijf keer in de week.
Ik voelde me geweldig. Ging ook meedoen aan diverse loopwedstrijdjes op verharde wegen en in de bossen. Ik kon me niet meten met de sterksten, maar met de betere lopers in het brede middenveld kon ik me prima meten. Via een goede kennis, al jaren lid van een atletiekvereniging, kreeg ik tips. Dus volgden er intervaltrainingen, liep ik af en toe een kleine ronde op de voor mij maximaal haalbare snelheid, lette ik op mijn voeding…

Het logische gevolg was deelnemen aan een halve marathon in Apeldoorn, de MiniMarathon. Het was een mistige ochtend toen het moment daar was. In een grote 'kooi' bij de start vond ik ergens in het midden mijn plekje. De geuren van massageolie en spierverwarmende middelen prikkelden mijn neus. Vooraan in het veld stonden erkende lopers als John Vermeule uit Middelburg en Marti ten Kate uit Enschede. Het waren atleten uit een andere, voor mij onhaalbare divisie. Zij liepen de wedstrijd over ruim 17 km in een uur.
En ik? Na een voorzichtige start, waarin ik aan alle kanten voorbij werd gelopen, zag ik steeds meer mensen die snakkend naar adem langs de kant stonden. En ik ging steeds sneller. Haalde vooral lopers in. Na een kilometer of veertien kreeg ik een ram, maar op het laatste rechte stuk waar veel publiek stond, vond ik mijn laatste krachten. Ik finishte in 1 uur en 32 minuten, trof mijn vrouw, trok mijn schoenen uit en smeet deze in de struiken. 'Nooit meer', zuchtte ik. Ik heb woord gehouden.

Ik wens alle eerstejaars lopers komende zondag in de halve of hele marathon van Enschede een langere loopbaan als loper toe.

Richard Thannhauser